Betrek de toekomstige leiders nu bij de energietransitie
Het oplossen van het tekort aan personeel in de windsector, en energietransitie in het algemeen, is het gesprek van de dag onder bedrijven en overheden. Maar in hoeverre leeft dit ook onder de jongeren in Nederland?
Windpowernl/Windenergie-nieuws sprak met Wouter van der Galiën, van 2022 tot 1 juli jongsleden voorzitter van JongRES, de jongerenorganisatie die zich inzet om de stem van jongeren mee te laten klinken bij het bepalen van de uitvoering van de energietransitie tot en met 2030 via de Regionale Energiestrategieën (RES). Daarnaast is hij werkzaam als projectontwikkelaar bij energiebedrijf RWE.
Hoe is JongRES ontstaan?
“Ons netwerk is ontstaan na het sluiten van het Klimaatakkoord in 2019. Bij het klimaatakkoord zaten de jongerenbewegingen Jonge Klimaatbeweging (JKB) en de Klimaat en Energiekoepel (KEK)
aan tafel. Toen in het Klimaatakkoord werd besloten dat de energietransitie regionaal, via de RES, uitgevoerd zou worden, vonden deze jongerenorganisaties dat zij daar ook dicht bij betrokken moesten zijn. Zij hebben toen gezamenlijk het JongRES-netwerk opgericht om in alle RES-regio’s jongeren actief te krijgen om van zich te laten horen, mee te schrijven aan de RES, bij gemeenten in te spreken en bestuurders op een constructieve manier prikkelende vragen durven te stellen en echt op de uitvoering van het klimaatakkoord invloed uit te oefenen.”
Was er veel enthousiasme voor JongRES vanuit jongeren?
“We hadden in die periode in bijna elke regio wel een vrijwilliger die namens de regio meeschreef aan de RES 1.0 en de stem liet horen van de jongeren. Ikzelf werd benaderd om namens JongRES als jongerenvertegenwoordiger voor de regio Groningen op te treden. In die rol heb ik meegeschreven aan de RES 1.0 en daar ook een alinea voor jongerenparticipatie in weten te krijgen. Ik heb gedurende twee jaar met alle bestuurders gesproken in Groningen, bij alle stuurgroepen gezeten, maar ook heel veel leuke dingen kunnen organiseren, zoals een debat voor de gemeenteraadsverkiezingen, een bustour voor jongeren langs energieprojecten, borrels, Serious Games, noem maar op. Dat heb ik twee jaar met veel plezier gedaan tot de vacature voor de voorzittersfunctie vrijkwam. Dat was het moment dat ik besefte dat ik graag de uitdaging wou aangaan om wat er in mijn regio was gedaan, ook te zien gebeuren in de overige regio’s.
Tijdens de Corona-periode was het overigens eenvoudig jongeren enthousiast te krijgen om als vrijwilliger op te treden voor JongRES. Zij zaten net als de rest van Nederland thuis, hun sociale leven buiten lag stil en studie vond online plaats. Ze hadden dus veel tijd over. JongRES kwam op hun pad en ze voelden zich aangetrokken tot de energietransitie. Nu de coronaperiode voorbij is en de agenda’s van jongeren weer bomvol zitten, hebben we meer moeite om nieuwe vrijwilligers te vinden en bestaande vast te houden. Ik denk dat ook een beetje heeft te maken met de zichtbaarheid van waar we mee bezig zijn in de RES-en. De RES 1.0. was echt iets om naartoe te werken, over mee te denken, mee te schrijven, input te leveren. Nu zijn we in de fase waarin de RES-en uitgevoerd moeten worden, dat is voor jongeren minder concreet. Maar wel heel belangrijk, want juist nu worden die besluiten genomen, plannen besproken en vergunningen verleend. De grootste uitdaging voor de komende twee jaar is dus voornamelijk inspreken en bestuurders spreken.”
Waarom is het nodig om de stem van de jongeren te laten horen?
“Het is vooral bij de gemeenten waar over de energietransitie wordt besloten en juist die zitten zo vast in processen en patronen. De gemiddelde leeftijd hier is 50 plus en die generaties zijn toch wat negatiever en behoudender ingesteld op het gebied van de energietransitie. Als dan bij inloopdagen en inspreekmomenten voor bijvoorbeeld windparken vooral ook weer de oudere generaties aanwezig zijn, die vooral belemmeringen zien, dan loop je de kans dat bestuurders zich gaan terugtrekken en niet meer de belangrijke stappen durven te zetten. Je ziet dat al gebeuren.
Jongeren willen juist sneller met de energietransitie want ze weten dat het er niet goed uitziet. Het internet speelt hier een grote rol in. Ze worden overstroomd met informatie die aangeeft dat als we nu niets doen aan het klimaatprobleem, dat het dan niet meer goed komt. Alleen, jongeren kiezen ervoor om optimistisch te zijn en gewoon alles te doen om die verandering teweeg te brengen. Lukt het niet, dan hebben ze het in ieder geval geprobeerd. Het is ook de eerste generatie die nu een beetje tegen de top van de groei aanloopt en weet dat verandering nodig is. Zij weten niet anders dan dat alles verandert – constant en heel snel. Dat is een vanzelfsprekend en je moet daarop inspelen en in meegaan. Duurzame energie is hierbij belangrijk. We hebben twee jaar geleden onderzoek gedaan in elke regio en in bijna alle regio’s zijn jongeren veel positiever over windenergie en zonne-energie dan de wat oudere mensen. De windturbines zijn nodig om schone energie te leveren, en als we ze moeten neerzetten dan zo hoog mogelijk want dan vangen ze de meeste wind.
Je kan dan wel wachten tot deze generatie zelf aan de macht is maar het probleem is dat we de luxe niet meer hebben om zolang te wachten. Daarom denk ik dat het zo belangrijk is dat dat onze generatie al zo jong mogelijk probeert tegen die pilaren van de democratie aan te schoppen. Dat we nu onze lokale en regionale bestuurders verantwoordelijk blijven houden voor het uitvoeren van de RES-afspraken. Dat het niet acceptabel is dat ze weglopen van de moeilijke keuzes. Het is mooi om te zien dat steeds meer jongeren er bewust voor kiezen om bij een gemeente of provincie te gaan werken, juist om die reden.”
Hoe proberen jullie impact te maken?
“Onlangs waren de provinciale verkiezingen. In aanloop daar naartoe werden er in de regio’s door JongRES veel energiedebatten georganiseerd om het belang van deze provinciale verkiezingen onder de aandacht te brengen. Juist omdat de energietransitie in de komende vier jaar moet worden uitgevoerd, in ieder geval tot 2030. Daarnaast proberen we bij de coalitieakkoorden aan tafel te komen of in de Raad in te spreken als een windpark of zonnepark wordt behandeld. We zijn laatst ook bij Minister Jetten geweest met het nationale bestuur om aan te kondigen dat we het eigenlijk niet snel genoeg vinden gaan.
Neem het voorbeeld van die gemeenteraden. Wat je ziet gebeuren, is dat als een jongere inspreekt in de raad, dat de Raadsleden weer helemaal vol energie zitten. Dat de boodschap binnenkomt en dat zelf de wat meer negatief ingestelde mensen beseffen dat ook zij kinderen en wellicht kleinkinderen hebben die er ook anders over denken. Soms is er dus onbegrip en soms kom je juist weer wat dichter bij elkaar.”
In hoeverre weet JongRES alle jongeren te bereiken?
“De meeste vrijwilligers bevinden zich al grotendeels in de zogenaamde ‘Groene Bubbel’. Dat zijn toch veelal hoger opgeleide jongeren, komen uit de stad, zijn al actief in de energietransitie en weten dus al beter hoe ze bestuurders moeten vinden en daarmee moeten communiceren. Het is lastiger om met name jongeren op het platteland en wat meer praktisch geschoolde jongeren te vinden die misschien ook iets willen doen voor het klimaat maar niet per se zo goed weten hoe die bestuurlijke mangel werkt.
Gelukkig vormen de evenementen die wij organiseren een schakel met die jongeren. Tijdens die bijeenkomsten kunnen ze hun mening laten horen, die vervolgens door de JongRES-vertegenwoordiger weer mee wordt genomen in de debatten. Ook kunnen jongeren zo enthousiast raken om iets te gaan doen in de energietransitie. Dan zie je dat we ook buiten die bubbel toch nog jongeren weten te enthousiasmeren om wat voor die energietransitie te doen of om hun stem te laten horen in de regio.”
Hoe kan het dan zijn dat er toch nog zo weinig jongeren werkzaam zijn in de energietransitie?
“Steeds meer jongeren voelen de urgentie om echt wat te doen aan het klimaatprobleem. Het wordt voor hen steeds belangrijker om een baan te vinden waarbij voldoening zoeken, in de vorm van een bijdrage leveren aan het realiseren van een betere planeet. Geld alleen, voor bijvoorbeeld grotere huizen, grotere auto’s, is voor veel jongeren niet meer zo heel belangrijk. Heel veel jongeren denken nu juist over minder vlees eten, minder kleren kopen en minder vliegen.
Ik denk echter dat er nog een stukje onbekendheid zit. Wij praten natuurlijk over de RES en 2030- en 2050-doelen en CO2-neutraliteit alsof iedereen dat weet, maar ik denk dat veel jongeren nog niet geheel weten hoe groot de uitdaging is om die energietransitie te volbrengen. Er zijn enorm veel mensen nodig om die energietransitie praktisch te realiseren. Dat vraagt echt vakmanschap. Die beroepsgroep mag echt wel wat meer waardering krijgen. We realiseren die CO2-neutrale samenleving alleen als alles goed draait en energie produceert, en dat die energie vervoerd wordt en bij de huizen en bedrijven komt. Als dat niet werkt, dan mislukt de energietransitie.
Onder jongeren leeft soms ook nog een beetje het gevoel dat de energietransitie en klimaatverandering iets zweverigs is en je er geen geld in kan verdienen. Dat is zoals gezegd niet de main driver maar je moet natuurlijk wel in je eigen levensonderhoud kunnen voorzien. Maar dat is een onterechte aanname – er zit juist een hele grote economie achter die energietransitie en daar gaat heel veel geld in om. Dat is ook logisch want het gaat toch om een primaire behoefte.”
Doet de industrie zelf al genoeg om jongeren te bereiken voor een baan?
“Dat wordt steeds beter. We merken dat de netbeheerders bijvoorbeeld steeds meer beginnen te realiseren dat juist die jongeren super belangrijk zijn voor de energietransitie. En die begint nu campagnes daarin te voeren. Bij RWE hebben we traineeprogramma’s, waarbij jongeren vanuit zowel universiteiten, hbo’s als mbo’s worden aangetrokken om al vroegtijdig na een studie actief te worden, mee te draaien en van alle technieken kennis te nemen. Bij ons ga je bijvoorbeeld zowel een halfjaartje met zon, als wind, waterstof, opslag of offshore mee. Op deze manier zie je dus het hele spectrum van de energietransitie en kan je een goede keuze maken wat bij jou past. Er zijn wel meerdere grote bedrijven die dit soort traineeships aanbieden, op de carrièrebeurs gaan staan en echt van zich laten horen. Dus dat gaat wel de goede kant op.
Wellicht kan er een landelijke campagne opgezet worden om jongeren te bereiken. Zoals de campagne van defensie: je bent een echte held als je in de energietransitie werkt of zoiets. We willen allemaal toch warm thuis zitten en onze telefoons opladen? Misschien zou het ook goed zijn om een Academy op te richten voor vakmanschap mensen. In Groningen heb je al de Energy Academy, maar die is meer gericht op onderzoek en het bij elkaar brengen van partijen op het gebied van energietransitie. Ik denk dat zoiets het imago ook echt verbetert van die beroepsgroep.“
Tenslotte, hoe kunnen de industrie en overheden de jongeren beter bereiken?
“De traditionele kanalen om je stem te laten horen is natuurlijk een zienswijze of inspreken. Maar jongeren vinden dat saai, vinden het ingewikkeld en het past niet meer bij hun aandacht span. Je moet die boodschap van die energietransitie, hoe belangrijk deze en de democratie zijn en hoe belangrijk het is om je stem te laten horen, vertalen naar de arena waar de jongeren zitten. Vertaal de boodschap in snelle filmpjes, in vlogs of podcasts. Zo krijgen jongeren mee hoe belangrijk het is en waar we het allemaal voor doen. Dat kost veel tijd, maar zo weet je wel de jongeren te bereiken en te activeren.
In het geval van de windindustrie: als je als ontwikkelaar of energieproducent dan toch de omgeving gaat benaderen, zorg er dan ook voor dat je informatieavonden of evenementen zo inricht dat je ook jongeren aantrekt. Juist zij kunnen een positief geluid brengen. Ook de manier om je stem te laten horen bij gemeenten en provincies zou anders kunnen worden ingericht voor jongeren. Bijvoorbeeld door te swipen, swipocratie, of via een app. Dat soort zaken zouden eigenlijk net zo serieus moeten worden genomen als een oudere persoon die inspreekt. Als dat zou lukken, dan zouden we denk ik veel meer positieve geluiden horen in de raad en in de staat.”
Youri de Koomen heeft het stokje van Wouter van der Galiën per 1 juli overgenomen.
De Engelse versie van dit artikel verscheen in de voorjaars-editie van Windpowernl magazine. Lees hier het volledige magazine.
Category: Arbeidsmarkt, Longreads, Windenergie