Windenergie is rendabel

| 14 april 2014

In het Reformatorisch Dagblad afgelopen weekeinde vraagt docent Overheidsfinanciën  C.P. Polderman zich af of het wel zinvol is te investeren in windenergie. De schrijver ziet niets in wind, blijkt uit kwalificaties als ‘foeilelijk’ en ‘horizonvervuiling’. Over smaak valt niet te twisten. Het wordt lastiger als de cijfers en feiten om die mening te onderbouwen niet helemaal kloppen. Zo meent de auteur dat ‘de Nederlandse bevolking verkeerd wordt voorgelicht.’ Als er staat dat een ‘molen goed is voor de stroombehoefte van 3000 huishoudens’ zou je dat getal door vier moeten delen, hebben ingewijden hem verteld. Het waait niet altijd even hard en een molen kan ook stilstaan. Allemaal waar, maar dat is in de berekening van het aantal huishoudens allang meegenomen.

Er wordt gerekend met de werkelijke productie, het aantal daadwerkelijk opgewekte kWh. Investeerders in wind kennen die vrij nauwkeurig. Dat moet ook wel, want ze verdienen hun investering alleen terug als ze genoeg kWh produceren. Hier wreekt zich dat er een verschil is tussen ‘maximaal vermogen’ (megawatt) en ‘werkelijke productie’ (megawatt-uren). De auteur haalt dat door elkaar. Ter vergelijking: een auto kán 150 km/u rijden, toch ga je vaak niet harder dan 50 km/u.

Ten onrechte stelt de auteur ook dat ‘de Denen zijn gestopt met investeren in windenergie’. De Deense overheid wil juist verder met wind en heeft onder meer een publiciteitscampagne aangekondigd. Overigens: als wij hier op het huidige niveau van Denemarken zouden willen komen (regelmatig meer dan 50% van de stroombehoefte uit wind), moet Nederland komende jaren nog forser investeren dan gepland. Evenmin is het Prinses Amalia windpark ooit failliet gegaan; wel een van de eigenaren van het park.

Helaas spreekt uit het verhaal ook het gevoel dat de overheid niet voor zijn burgers zorgt. “Overheden sturen je het juridische bos in’, meent de schrijver. Hoe ironisch dat in de windwereld juist vaak wordt gevonden dat bijvoorbeeld gemeenten of raadsleden niet standvastig zijn als het om eenmaal gemaakte keuzes rond de ontwikkeling van wind gaat, maar heel snel afhaken. Een windpark ontwikkelen kost al snel zeven jaar; zonder consistentie van beleid begint niemand daaraan.

Volgens de schrijver is wind geen volwaardige vervanger van fossiel en kernenergie. Nu is er niemand in de windsector die zegt dat de energietransitie waar we voor staan alleen met wind kan – alleen tegenstanders van windenergie benutten dat argument. Om de overstap te maken naar volledig hernieuwbare energie, is wind, zon, water, aardwarmte en biomassa allemaal even hard nodig, net als energiebesparing.

Maar als alle huidige plannen doorgaan (6.000 megawatt op land en 4.500 op zee), leveren al die molens in Nederland in 2023 meer elektriciteit dan de behoefte van alle huishoudens. Uiteindelijk kan wind met name op zee wind doorgroeien zodat 40 tot 50 procent van de hele elektriciteitsbehoefte uit wind komt. Voorloper Denemarken heeft al bewezen dat het mogelijk is en inpasbaar is op het elektriciteitsnet.

Want het geschetste beeld van wind als instabiele energiebron is al jaren achterhaalt. TenneT en wetenschappers hebben doorgerekend dat inpassing van al dat windvermogen op het net kan, zeker als er (meer) verbindingen met het buitenland komen. Zo ontstaat ook nog eens een gewenste Europese energiemarkt. De te verwachten hoeveelheid windenergie is ook goed vooraf voorspelbaar en dus kunnen de netbeheerders er rekening mee houden. ‘Opslaan’ van wind is vooralsnog niet nodig. Het is wel goed daar alvast over na te denken.

Duitsland biedt op windrijke dagen ‘hun overcapaciteit gratis aan de buurlanden aan’, meent de auteur. Nu is het wel heel goedkoop, maar niet gratis, en gaat het vooral om de momenten dat er veel wind plús veel energie uit zon is. Het toont vooral aan dat we toe moeten naar een ander opgebouwd elektriciteitssysteem dat uitgaat van veel wind en zon. Critici blijven meestal helaas hangen in het bestaande elektriciteitssysteem en zien daardoor alleen maar mogelijke problemen. Maar toewerken naar minder fossiel is goed voor de aarde en de mens: minder CO2 (klimaat) en fijnstof (gezondheid). Het is ook goed voor ons economisch plaatje, want hernieuwbare energie betekent veel werkgelegenheid en uiteindelijk is er ook minder brandstof uit andere (politiek instabiele) regio’s nodig. Want de wind waait hier.netterden

Bron: T. Hirdes van WNEA

 

Tags: , , ,

Category: Electriciteit, Groene energie, Onshore windparken, Overheid, Windenergie, Windmolens, Windparken, Windturbines

Reacties zijn gesloten.