ARK en Ørsted zetten 5 miljoen babyoesters uit in pilotproject

| 29 mei 2023

Deze week hebben ARK Rewilding Nederland en Ørsted vijf kubieke meter oude oesterschelpen begroeid met vijf miljoen babyoesters uitgezet bij ‘Voordelta 05’. In deze eerste pilot willen de partners uitvinden hoe grootschalige natuurontwikkeling op zee het best in gang kan worden gezet binnen en buiten windparken.

Een ketting van speciale korven is het begin van een nieuw oesterrif. Foto Gwenaël Hanon

ARK en Ørsted zetten zich samen in voor de terugkeer van grote, levende riffen om de biodiversiteit te versterken. Bij deze pilot zijn hiervoor bijna uitgestorven, Europese platte oesters gebruikt en nieuw ontworpen oesterkorven.

Schelpdierriffen hebben een belangrijke ecosysteemwaarde. Ze bieden eten, onderdak, paai- en kraamplek voor vele soorten. Riffen filteren het water en leggen slik vast waardoor het water helderder wordt. Dit maakt dat er meer zonlicht dieper het water inkomt en er meer algen kunnen groeien. Algen leggen koolstof vast en zijn de basis voor het voedselweb op zee.

Het werk bij de Voordelta – de kustzone op de grens tussen de provincies Zuid-Holland en Zeeland – is een tussenstap naar grotere rifprojecten. Als riffen groot en vitaal zijn, zijn ze minder gevoelig voor plagen of bedekking door zand. Grote riffen kunnen zich beter herstellen van beschadiging door storm of koude winters.

Dertig procent van de Noordzeebodem was tot het eind van de negentiende eeuw bedekt met schelpdierriffen. Sindsdien is 25.000 vierkante kilometer rif verloren gegaan. Herstel zal niet vanzelf gaan: er is te weinig broed in het water en de bodem is te verstoord en te zanderig voor oesters en andere rifbouwende soorten om zich te vestigen. In de Voordelta is in 2016 een natuurlijk oesterrif ontdekt, ontstaan uit larven die uit de Grevelingen zijn gestroomd. Het gebied is dus geschikt voor oesters, en daarom ook een goede plek om maatregelen uit te testen.

ARK Rewilding Nederland heeft al een aantal jaren geëxperimenteerd met het plaatsen van oude oesters begroeid met babyschelpjes. De samenwerking met Ørsted maakt het mogelijk om op grotere schaal te experimenteren, verder uit de kust en op termijn ook in dieper water. Het doel is om riffen te creëren die groot genoeg zijn om ecologisch van belang te zijn en de turbulentie van de Noordzee goed te doorstaan.

Grootste uitzetting tot nu toe

De uitzetting deze week was de grootste tot nu toe, mede door de doorbraak in de oesterkweek die Stichting Zeeschelp vorig jaar bereikte: het lukt daar nu om miljoenen oesterlarven te kweken tot en met het stadium dat ze zich vestigen en schelpen vormen. Het kweekstation gebruikt daarvoor bonamiavrije en bonamiaresistente ouder-oesters. Bonamia is een ziekte die bijdroeg aan het bijna uitsterven van de wilde Europese oester, naast overbevissing.

Om de schaalvergroting voor rifherstel mogelijk te maken is een nieuw type oesterkorven gebruikt. Deze zijn aan boord makkelijker te hanteren dan de eerdere ‘oesterwiegen’ en ‘oestertassen’. Wel zijn de nieuwe constructies wederom gemaakt van biologisch afbreekbaar materiaal: onverzinkt gaas en onbewerkte houten pallets. Zo hoeven de constructies – die de oesters beschermen tegen predatie, ze bij elkaar houden en boven het zand doen uitsteken – later niet weer opgevist te worden. Bovendien wordt er geen CO2 uitgestoten voor de productie van betonnen kunstriffen.

Bij de actie deze week zijn de grootste aantallen babyoesters uitgezet sinds het begin van de experimenten van ARK Rewilding Nederland. De startende schelpjes zijn wel kleiner dan in eerdere jaren. Het is spannend hoe ze het gaan doen. Monitoring later in het jaar zal het laten zien.

Tags: , , , , , ,

Category: Ecologie, Windenergie

Reacties zijn gesloten.